voorbeelden van publieke deugd zijn zo zeldzaam geworden dat we in plaats van onze leiders te vereren als bezittende deugden van de heiligen of van Christus zoals we dat in de geschiedenis deden, gedwongen zijn om onze vijanden simpelweg als kwade bondgenoten van een letterlijke satan af te schilderen en onze helden simpelweg als "minder slecht".
terwijl we het geloof in het wonder van de eucharistie (sacrifice van het pure slachtoffer, foutloze slachtoffer, heilige slachtoffer en daarmee de vergeving van zonden) verloren, vervingen we het door een assemblagelijn van het belasten van "slechte mensen" met collectieve zonden, hen te vernietigen en ons af te vragen waarom we niet puur zijn.
de geschiedenis is niet onnauwkeurig op dit punt, het afschuiven van maatschappelijke zonden op een enkele zondige individu werkt niet, heeft nooit gewerkt en zal nooit werken. het is hoe gewone kleine zonden maatschappelijke buitengewone zonden worden omdat we overtuigd zijn dat dit perverse ritueel iets doet.
26